Home Nieuws “Als wij niets doen, zitten er straks mensen in de kou.”

“Als wij niets doen, zitten er straks mensen in de kou.”

Foto van Gijs Postma en Bas Brouwer
Achtergrond

Voor de energiezekerheid van Nederland was het in 2022 noodzakelijk om de gasopslagen voor de winter tot minimaal 70% te vullen. EBN pakte op verzoek van de regering deze uitdaging op. “Als je rond kwart voor twaalf ‘s avonds een mailtje stuurt en er wordt meteen gereageerd, dan weet je dat je met iets urgents bezig bent.”

Gijs Postma, lid van het MT Energiemarkt bij het ministerie van Economische Zaken en Klimaat en Bas Brouwer, CFO bij Energie Beheer Nederland (EBN) in gesprek over de kracht van samenwerking op dit vitale dossier.

Waarom koos het ministerie voor EBN voor deze opdracht?

Gijs: “We vonden dat we een taak hadden die door de overheid moest worden ingevuld. We wisten namelijk niet zeker of commerciële marktpartijen, met hulp van de subsidieregeling die we hadden ontwikkeld, voldoende gas zouden opslaan in de gasopslag Bergermeer om de winter door te komen. We hebben daarom een onafhankelijke partij nodig die dat aandurft, waarin we volledig vertrouwen hebben, en die geen commerciële belangen heeft. Én een partij die dat ook kan. Al vrij snel in onze zoektocht kwamen we tot de conclusie dat samenwerken met EBN het meest logisch was.”

Het vullen van Bergermeer was een nieuwe taak voor EBN. Is er getwijfeld?

Bas: “Dit zou de eerste keer worden dat we op eigen account gas inkochten voor de opslag. We nemen wel deel in de productie en in de verkoop van gas. Maar die inkoopkant, die was nieuw voor ons. Er waren wel collega’s die dachten: wat komt er allemaal op ons af? Dit is zo nieuw voor EBN, zouden we dat wel kunnen? Ikzelf heb niet getwijfeld. Als je de opdracht namelijk benadert als een financieel vraagstuk, dan is het best logisch om liquide middelen, toch al aan de overheid toebedeeld, tijdelijk in de grond op te slaan. En die er op een later moment weer uit te halen. We kozen voor TAQA als operator om het gas te injecteren. Het fijne van TAQA is dat zij zelf geen positie had in de Bergermeeropslag, dus ook onafhankelijk die rol van operator voor ons kon vervullen. Het is wel belangrijk je samenwerking contractueel goed vast te leggen, want als beleidsdeelneming wil je wat van een commerciële partij. Dat vraagt om zorgvuldig handelen. Ook de geldstromen moet je goed managen, want die zijn gigantisch in dit soort projecten.”

Hoe is de opdracht voor het vullen van de gasopslag aan EBN tot stand gekomen?

Gijs: “Het zwaartepunt voor ons lag in de voorbereiding tot aan de opdrachtverstrekking. We begonnen blanco, met een lege template. En dan ga je alle paragrafen van de opdracht vullen, met alle checks die je onderweg tegenkomt, totdat de opdracht klaar is voor besluitvorming in de Ministerraad. Af en toe kom je ook heel basale vragen tegen tijdens zo’n proces. Moeten we dit überhaupt wel doen, als overheid? Moeten we de opslag van gas niet tóch aan de vrije markt overlaten? Soms ben je al voorbij die vragen, omdat je zo met het formuleren van de opdracht bezig bent. Maar het is heel belangrijk om op al die basale vragen antwoord te hebben. We hebben het wel over ons belastinggeld.

Foto van Gijs Postma
Afbeelding van dubbele accent

Het was ook ondenkbaar om te zeggen: we stoppen ermee. We moesten het afmaken.

Gijs Postma

Lid MT Energiemarkt - Ministerie van Economische Zaken en Klimaat

En ja, het was intens, we hebben avonden doorgehaald. Maar het was urgent. IIn amper twee maanden hebben we het plan van A tot Z en de formele opdracht vormgegegeven. Daarna hebben we het stokje overgedragen aan EBN en gevolgd hoe het ging. We kregen duidelijke rapportages van EBN over wat ze aan het doen waren, wat de consequenties waren voor de volumes en de financiën. Het begin van zo’n samenwerking is altijd aftasten. Maar op een gegeven moment kwamen we in een versnelling. En met die versnelling komt ook het vertrouwen. Als je bij de eerste twee rapportages ziet dat het gaat zoals we het hadden bedacht, dan is dat een bevestiging van dat vertrouwen.”

Hoe heeft EBN gewerkt aan het vertrouwen in de samenwerking?

Bas: “Ik vind dat de overheid een heel zorgvuldig proces heeft doorlopen richting het besluit om de gasopslag door EBN te laten aanvullen. Wij hebben de vele terechte vragen van ambtenaren op het departement zo goed mogelijk proberen te beantwoorden. Als je meer vragen kunt beantwoorden, en ook het tempo waarin je de vragen kunt beantwoorden, groeit het onderling vertrouwen. We hebben daarnaast verschillende sessies georganiseerd bij ons op kantoor. Ook dat helpt. Je kunt zo beter uitleggen waarmee je bezig bent, en de mensen van het departement zien wie er allemaal bij EBN werken. Op papier lijken zaken soms complexer dat wanneer je ze mondeling toelicht.”

Afbeelding van dubbele accent

Er waren collega’s die dachten: wat komt er allemaal op ons af?

Bas Brouwer

CFO - Energie Beheer Nederland
Foto van Bas Brouwer, CFO van EBN

Wat waren de grootste uitdagingen gedurende de reis?

Bas: “We hebben nooit achterover geleund. We hebben continu met elkaar in de gaten gehouden of we sneller of minder snel moesten vullen. Wat doen marktpartijen? Welke prijsrisico’s zijn we bereid te nemen? Gaandeweg de zomer veranderde de politieke wens. De gewenste vulgraad werd veel hoger, van minimaal 68% naar meer dan 90%. Dat was een grote uitdaging, want die had verstrekkende financiële gevolgen. De voorfinanciering die nodig was om het gas in te kopen werd veel hoger, ook omdat de marktprijzen van gas maar bleven stijgen. Het contract met TAQA moest daarom worden opengebroken, omdat we naar een ander volume van opslag wilden. Er waren ochtenden op de beurs dat er wel meer dan 400 miljoen euro heen en weer ging. Dat zijn enorme bedragen.”

Gijs: “Grappig genoeg merk je, als je eenmaal onderweg bent en er gebeurt iets, dat je op een spoor zit waar je niet zomaar vanaf kunt stappen. Dat maakte het, hoe ingewikkeld deze opdracht ook is, relatief gemakkelijk om op te schalen. Het was ook ondenkbaar om te zeggen: we stoppen ermee. We moesten het afmaken.”

En nu, wat gebeurt er richting komende winter?

Bas: “Nu deze eerste opdracht kostenneutraal is uitgevoerd, zijn we al gestart met een nieuwe opdracht. In de zomer van 2023 moet er weer extra gas naar de gasopslag om Nederland in de winter te voorzien van energie. Uit Rusland komt niets meer. We zijn dus afhankelijk van vloeibaar gas uit de wereldmarkt. Voor een deel doen we weer hetzelfde als afgelopen jaar maar nu gaan we een deel van ons gas proberen aan te kopen via het gezamenlijke EU inkoop-initiatief. Wel zijn de condities voor commerciële partijen dit jaar gunstiger. Ook hebben we ons te houden aan het prijsplafond.”

Gijs: “Gelukkig zijn we wat eerder begonnen met de voorbereiding voor komende winter, omdat we de tijd hebben. Dat is fijn. Maar we moeten ook bedenken: als de markt het doet, hoeven wij het niet te doen. We moeten de commerciële markt ook niet in de weg zitten met onze samenwerking. Als we daar net zo op inspelen als vorig jaar, heb ik daar alle vertrouwen in.”

Hoe kijken jullie terug op de samenwerking?

Bas: “Ik vond het bijzonder plezierig. Zeker in het begin heb je veel met elkaar te ontdekken. Dan wordt het wel eens nachtwerk. Dat moet je niet te lang doen, want dat is goed voor niemand. In Europees verband heb ik erover verteld, in Brussel, onlangs. Dat kon op veel interesse rekenen uit andere landen. Een aanpak dat commerciële partijen hun werk kunnen blijven doen en een overheid die op de juiste momenten ondersteunt; dat is uniek.”

Gijs: “Dat deel ik met Bas. Het was inspirerend en intensief tegelijk. Ik wilde tijdens mijn zomervakantie echt even niemand meer horen van werk. Ik moest echt afschakelen. Maar ik ben aangenaam verrast door de power en de intelligentie van het hele team dat hiermee aan de slag is gegaan. Iedereen zat reëel in de wedstrijd, met het hart op de goede plek. Ik weet nog dat we eerste keer bij elkaar zaten. Ik zei: ‘We zitten hier, we hebben een enorm probleem: energie voor de winter. En ik heb geen oplossing. Maar als wij niets doen, zitten er straks mensen in de winter in de kou.’ Dat gegeven geeft wel een aparte druk moet ik zeggen. Dik twee maanden later hadden we deze opdracht klaar. Dat heb ik nog nooit eerder meegemaakt. Met zo veel goede mensen zo iets unieks in elkaar gezet. Heel inspirerend.”