Home Nieuws Over laaghangend fruit, schaarste en flexibiliteit in de transitie

Over laaghangend fruit, schaarste en flexibiliteit in de transitie

Achtergrond

In aanloop naar de landelijke verkiezingen staan Olof van der Gaag (voorzitter Nederlandse Vereniging voor Duurzame Energie), Kees Vendrik (voorzitter Nationaal Klimaat Platform) en Jan Willem van Hoogstraten (CEO EBN) stil bij de status van de energietransitie. Een gesprek over het energiesysteem van de toekomst, over scherpe keuzes maken, handelen vanuit schaarste, de kracht van de maatschappij én over: “Wordt mij nu een stemadvies gevraagd?” Nienke Homan (voorzitter VNCI) geeft vervolgens haar reflectie.

Wie zich in het domein van de energietransitie roert, hoeft vandaag de dag niet veel moeite te doen om een “ladder van ellende op te stellen”, zoals Kees Vendrik dit verwoordt. Ga maar na: we wisten sinds de jaren tachtig van klimaatverandering, maar hebben dertig jaar tamelijk stilgezeten en dus veel tijd vergooid. En de klimaat-verandering van dit moment overstijgt werkelijk ieder scenario dat bij het sluiten van het Klimaatakkoord van Parijs is geschetst. Daarbij kan de stagnatie in de industriesector tot een gevoel van moedeloosheid leiden.

De energie is voelbaar

Toch is somberen een te gemakkelijke reflex, daarvoor zijn er te veel mooie en hoopvolle ontwikkelingen in het land te zien. Kees Vendrik en Jan Willem van Hoogstraten waren onlangs bij het tienjarig jubileum van de Energiebank. “Als je daar de energie voelt van wat er bottom-up allemaal wordt gerealiseerd om wijken, straten, huizen aan te pakken, energiezuinig en duurzaam te maken, is dat echt inspirerend.”

Van Hoogstraten knikt: “Ontzettend knap wat de Energiebank in tien jaar heeft weten te bereiken. Het is een maatschappelijke beweging geworden. Het intrinsieke wantrouwen richting de overheid is bij deze beweging aan het kantelen. Dat is mooi om te zien.” Olof van der Gaag ziet nog altijd het ‘Mirakel van de Eemshaven’ als goed voorbeeld van wat er in tijden van crisis kan worden bereikt. Hoewel hij dit voorbeeld, de bouw van de LNG-terminal liever aan de duurzame kant van de transitie had gezien, is de snelheid waarmee dit project is gerealiseerd indrukwekkend. “Het kan dus wel!”

Over de actualisatie van het Nationaal Plan Energiesysteem (NPE)

Het in 2023 opgestelde Nationaal Plan Energiesysteem van de landelijke overheid wordt komend jaar aangepast en aangescherpt aan de actualiteit. In dit plan staat hoe ons energiesysteem er in 2050 in grote lijnen uit moet komen te zien. Komend jaar staat weer een actualisatie op de rol. De verwachting is dat de ambitie voor wind op zee naar beneden wordt bijgeschroefd, of – anders verwoord – realistischer wordt gesteld. Verder wordt nadrukkelijker aandacht besteed aan CO2-opslag.

Afbeelding van dubbele accent

Een toekomstschets zonder keuzes heeft weinig impact.

Olof van der Gaag

Voorzitter Nederlandse Vereniging voor Duurzame Energie

Van der Gaag begint: “Veel mensen zijn blij met een dergelijk plan, omdat dit een beeld schetst van hoe ons energiesysteem er in 2050 uit zou kunnen zien. Wat eraan ontbreekt, zijn keuzes die gemaakt moeten worden om dat systeem te realiseren. Een toekomstschets zonder keuzes heeft weinig impact.” Dat is volgens Van der Gaag de verklaring voor de relatieve onbekendheid van dit nationale plan.

Keuzes op basis van schaarste

Keuzes maken, dat kan op verschillende manieren, weet Vendrik. Of je maakt ze zelf, of ze worden voor je gemaakt. “Ik vind dat er veel te weinig….”, begint de voorzitter van het Nationaal Klimaat Platform. Dan diplomatieker: “Het valt mij op… dat in de economische politiek weinig wordt stilgestaan bij het onderwerp schaarste.”

Afbeelding van dubbele accent

Als je schaarste niet serieus neemt, weet je één ding: schaarste leidt tot keuzes.

Kees Vendrik

Voorzitter Nationaal Klimaat Platform

Vendrik ziet dat het uitgangspunt altijd is geweest, ook in de vorming van het Klimaatakkoord, dat er maximaal duurzaam moet worden geproduceerd. En dat álle duurzame vraag van de toekomst moet worden gefaciliteerd. “Dat is nogal een belofte hè. Zeker in een land dat op dit moment bol staat van schaarste: aan arbeidskracht, aan ruimte, capaciteit op het elektriciteitsnet, publieke middelen.” Hij gaat verder: “Als je schaarste niet serieus neemt, weet je één ding: schaarste leidt tot keuzes. Alleen worden die dan vóór je gemaakt. Laten we daarom nu strategisch en harder zelf kiezen.”

Flexibiliseren van het energiesysteem

Die keuzes zouden gericht moeten zijn op het flexibeler maken van het energiesysteem. Dit kan vooral door de vraagkant van de duurzame economie te stimuleren, menen Vendrik en Van der Gaag. Op dit moment zijn alle pijlen gericht op groene waterstof om de industrie schoner te laten produceren. Dat is logisch, maar de businesscase voor de industrie wordt wél spannend als er geen afzetmarkt is voor groene producten. Van der Gaag: “Op dit moment is groene waterstof de ‘champagne van de energie’: er is weinig, het is ontzettend duur en iedereen wil het.”

Waar het om gaat is: “Hoe zorgen we er nu voor dat er meer circulair plastic wordt gekocht, meer groen staal, groen beton, noem maar op. Als die vraag komt, trek je de duurzame industrie vanzelf los. En dan zien we wel of die groene producten uit een fabriek uit Nederland komen, of uit Zweden of Spanje. Uiteindelijk wordt die auto gemaakt met groen staal misschien 1% duurder ten opzichte van nu.”

Verduurzamen van de warmtevraag

Voor het toekomstige energiesysteem ziet Van Hoogstraten veel potentie in het verduurzamen van de warmtevraag. Hij zou die warmtetransitie graag willen aanwakkeren. Vergaande afspraken maken met de tuinbouwsector bijvoorbeeld.

Afbeelding van dubbele accent

Te lang is vastgehouden aan ‘het mislukte experiment van liberalisering’.

Jan Willem van Hoogstraten

CEO EBN

Er zijn al verschillende projecten in deze sector, maar: “Alle kassen kunnen uitstekend op aardwarmte draaien. Dat kunnen we gewoon binnen tien jaar realiseren. Concreet.” En warmtenetten aanleggen om buurten en wijken van duurzame warmte te voorzien. Dat moet veel sneller gebeuren, met meer overheidsregie. Te lang wordt volgens Van Hoogstraten vastgehouden aan “het mislukte experiment van liberalisering, terwijl energie een nutsvoorziening is.”

Van Hoogstraten wil graag blijven meedenken over nieuwe oplossingen om “de juiste vorm van energie op de juiste manier op de juiste plek te gaan krijgen, tegen eerlijke kosten”. En zijn hoofd breken over het aanleggen van een infrastructuur voor warmte, waarbij goed wordt nagedacht over de aansluitkosten per huishouden. Misschien voor een gezin in een royale twee-onder-een-kapper te betalen, maar niet voor de rest. Het zijn de transitiedilemma’s, dat zoeken naar de juiste oplossingen, die veel tijd en energie vergen: “Ik worstel daar af en toe mee”, geeft hij toe, “in de hunkering naar snelheid.”

Transitie is ook aanrommelen

Kees Vendrik stelt gerust. “Dát is transitie. Dat is ook aanrommelen. Transitie is verlies aan posities, aan oude belangen. Transitie is weten dat de rekening komt. Ook de weerstand die we nu zien, is onderdeel van de transitie.” Van der Gaag is graag optimist en somt op wat al bereikt is. Het aandeel hernieuwbare energie bijvoorbeeld is in twaalf jaar tijd vervijfvoudigd. Bij de vorige ronde aan SDE-subsidies wilden de meeste indieners aan de slag met duurzame warmte. En jaren geleden werd aan klimaattafels gestreefd naar 49% minder CO2-uitstoot. “Dat werd gezien als heidens karwei, dat redden we nooit”, herinnert Van der Gaag zich nog. “We koersen nu op min 50%, we redden het dus wél.”

Er zijn ook mensen die tegen Van der Gaag zeggen dat het laaghangend fruit al wel is geplukt. “Onzin”, meent hij. “Wie had tien jaar geleden gezegd dat wind op zee laaghangend fruit was, of elektrisch rijden… Dit is nu niet meer te stuiten. We creëren continu nieuw laaghangend fruit door onze technische leercurves!”

Ook het aantal Nederlanders dat op een of andere manier aan de energietransitie werkt, is de afgelopen jaren ongelooflijk toegenomen, merkt Vendrik: “In wijken, bij boeren, industrieën, ondernemers: men is ermee bezig. Sommige bedrijven worden er gek van. Andere innoveren. Werkelijk alles komt voorbij. De transitie is er! Dat verhaal moeten we in Den Haag vertellen. Wij laten het 19 november op onze Top van Onderop zien.”

Niet te onderschatten kracht in de energietransitie

Vendrik benoemt hiermee meteen een niet te onderschatten kracht in de energietransitie, de kracht vanuit de maatschappij. Met de Maatschappelijke Alliantie, een initiatief van het Nationaal Klimaat Platform, waar de NVDE en EBN onderdeel van zijn, benadert Kees Vendrik de energietransitie vanuit een ander perspectief. Niet redenerend vanuit de grote klimaatdoelen die handelingsverlegen kunnen maken. Nee, liever een stuk fijnmaziger. Er zijn in Nederland 200 wijken waar de leefbaarheid achteruit kachelt. “Wat kunnen we hier, in die wijken, in die straten concreet doen? Door energiebesparing en verduurzaming proberen we wijken beter te maken: dat bewoners van het gas af kunnen, dat ze een beter huis krijgen en een lagere energierekening.”

Over het Stembusakkoord

Dat is grote winst, die weerklank vindt bij de politiek, getuige de ondertekening van het onlangs gepresenteerde Stembusakkoord door zeven politieke partijen. Het is een oproep aan Den Haag om zuinig te zijn op die maatschappelijke infrastructuur. Vendrik benadrukt: “Schuif ze niet zomaar aan de kant, sla ze niet over, marginaliseer ze niet, maar benut de maatschappelijke kracht en geef ze wat geld. Het geeft gewoon meer gewicht aan de klimaatdiscussie. Omdat het echt gebeurt. En omdat het niet over energie gaat – niet alleen. Het gaat over kwaliteit van leven.”

Voor het nieuwe kabinet en de actualisatie van het Nationaal Plan Energiesysteem moeten duidelijkheid en actiegerichtheid toverwoorden zijn, vinden de drie experts. Bij een aangescherpt NPE hoort een strak uitvoeringsplan, stelt Van Hoogstraten. “Zodat partners in de energiewereld weten waar ze aan toe zijn.” Ook zijn nieuwe doelen nodig, vindt Van der Gaag, richting 2035 en 2040. “Want de realisatie van doelen met een horizon tot 2030 is nauwelijks meer te beïnvloeden.”

Sustainable Industry Lab

In een onlangs gepresenteerd rapport van het Sustainable Industry Lab wordt een voorschot genomen op een concreet actieplan, dat meer duidelijkheid kan bieden voor de koers richting het toekomstige energiesysteem, met name ten behoeve van de industrie. In het rapport wordt gepleit voor meer publieke interventie. Vendrik en Van der Gaag onderschrijven de noodzaak van een veranderende rol van de overheid: “We zitten midden in die overgang.”

Tegelijkertijd vindt Vendrik het ‘ingewikkeld’ om projecten te gaan realiseren, waarbij het risico volledig komt te liggen bij publieke partijen. Dat helpt niet om de positie van de overheid sterker te maken. Olof van der Gaag van de NVDE is het hiermee eens: “Een nationaliseringsgolf van het bedrijfsleven gaat de BV Nederland niet verder helpen.” Terwijl er volgens hem bij duurzame investeringen wel meer behoefte is aan zekerheid. “Je wilt niet dat, als eenmaal dat windpark op zee is gebouwd, je afnemer naar het buitenland vertrekt. Dat vraagt om een grotere rol van de overheid.”

De naderende verkiezingen, een stemadvies?

Tot slot, de naderende verkiezingen. Welke politieke partij zou de energietransitie het meest soepel en voortvarend kunnen begeleiden? Olof van der Gaag denkt even na over de vraag. Dan: “Wordt mij nu een stemadvies gevraagd?” Behendig adviseert hij vooral het Klimaat- en Energiekieskompas in te vullen, een helpend instrument van zijn eigen vereniging. “En stem vooral op een partij die alle onderwerpen die zonet de revue passeerden serieus neemt en bereid is om samen te werken aan oplossingen.”

Vendrik vindt vooral aansluiting bij de politieke partijen die ook het Stembusakkoord hebben ondertekend en daarmee de maatschappelijke kracht in de energietransitie onderkennen. Jan Willem van Hoogstraten spoort aan om goed na te denken over wat voor soort samenleving je wilt nalaten. “In wat voor omgeving wil je dat je kinderen opgroeien, kies een partij die daarbij past.”

Reactie van Nienke Homan, voorzitter VNCI:

“De industrie speelt een sleutelrol in de energietransitie. Een mooi voorbeeld is het eerste subsidievrije windmolenpark, Hollandse Kust Zuid, dat mogelijk werd gemaakt door BASF als één van de drie investeerders, een bedrijf uit onze achterban. Dat laat zien hoe belangrijk de chemische industrie is voor het realiseren van duurzame energieprojecten.”

Afbeelding van dubbele accent

Het creëren van een afzetmarkt voor groene producten moet echt prioriteit krijgen.

Nienke Homan

Voorzitter VNCI

“Sinds de start van de energietransitie is er veel veranderd. De industrie staat onder druk, door buitenlandse concurrentie maar ook door nationale beleidskeuzes. In de huidige geopolitieke context moeten we als Europa bovendien meer zelfvoorzienend worden. De Europese Commissie erkent in het Chemical Industry Action Plan dat de chemie een essentiële sector is die ruimte moet krijgen in Europa. Waar die ruimte komt, zal moeten blijken, maar Nederland heeft met de ondiepe Noordzee en bestaande infrastructuur een sterke uitgangspositie. Om die te benutten moeten we wel zorgen voor een gelijk speelveld, met vergelijkbare elektriciteitsprijzen en regelingen in Noordwest-Europa. Dat maakt elektrificatie aantrekkelijker en versterkt de businesscase.”

“Het creëren van een afzetmarkt voor groene producten moet echt prioriteit krijgen. Verduurzaming van chemische processen brengt extra kosten met zich mee voor producenten, terwijl de prijsstijging voor consumenten maar klein is. Europa moet deze markt actief gaan ontsluiten, dat blijkt ook uit de recente Deloitte-studie over de kansen van vraagcreatie. Zo kunnen we ook meer afzet vinden voor Wind op Zee.”